IJsselmuiden - Elburg
Op een klein stationnetje 's morgens in de vroegte . . . . zo begint een oud kinderliedje. Wij stonden er iets vanaf en genoten van de koffie. Via de IJsselburg liepen we Kampen in. Iets heiig en het IJsselstadje was nog in alle rust. Aan de kade de schepen van de bruine vloot. En over de brug het stadhuis en de Nieuwe Toren. Bij het gemeentehuis staat het beeld van de Kamper Koe die verlangend omhoog naar Nieuwe Toren
kijkt. Eén van de Kamper uien waarin een koe aan
de toren werd opgehesen om het welig woekerende gras weg te grazen.Onder de Nieuwe Toren door en langs de Broederkerk de Broederstraat door. Daar komen we langs de winkel van Poutsma, een hele uitstalling langs het pand. Bij de buitenhaven zien we het kasteeltje van de kogge boven alles uitsteken. Voor de kogge liggen nog een paar botters. Hoewel de visserij voor Kampen nooit van groot belang geweest is komt daar in 1859 verandering in. Door de ontruiming van Schokland vestigen de vissers zich in Kampen. De 470 Schokkers vestigen zich in Brunnepe een stimulans voor de visserij, de visrokerijen en de scheepswerven. Door de bouw van de Afsluitdijk in 1932 en de aanleg van de IJsselmeerpolders gaat de visserij daar ten onder.
Na de buitenhaven lopen we door Brunnepe de stad uit. Over de Zwartedijk lopen we door de polders. De jonge dames waar Jac. P. Thijsse zo lovend over spreekt hebben wij niet gezien. Slechts twee fietsers kwamen ons achterop rijden. Het landschap wordt doorsneden door de Hanzelijn.
Na buurtschap De Roskam lopen we door de polder Kamperveen. Een lange rechte weg via Kerkdorp richting Oosterwolde. Tegenover huize De Morren drinken we een kopje soep en knopen we een praatje met een fietser aan die moeizaam, met de fiets aan de hand, door een dikke laag grind loopt. Het is grind is daar waarschijnlijk door de nieuwe eigenaar van dat landgoed. Hier is de omgeving weer aantrekkelijk om te lopen. Om Oostendorp heen en dan ligt de vesting voor ons. De kerktoren die zijn spits in 1693, door blikseminslag en brand, verloor wijst ons de weg. In Elburg vallen de witte kiezelstoepjes op ze zijn voorzien van figuren in zwarte keizels. Langs de kerk naar het Klooster waar tegenwoordig Museum Elburg gevestigd is. We lopen de stad door tot aan de Vischpoort. Het wemelt van toeristen. Door de Noorderwalstraat en dan via de Beekstraat de vesting weer uit.
Het is zeer de moeite waard om het stadje eens te bezoeken. Vergeet ook niet om een bezoek aan het museum te brengen. In de kelder staat een maquette van de vesting Elburg in de 17e eeuw. Museummedewerker Gerrit van Kolthoorn bouwde deze in zijn vrije tijd, en verteld hier over in het filmpje.